vrijdag 20 mei 2016

Max Havelaar Of de Koffie-veilingen der Nederlandsche Handelsmaatschappij door Multatuli (1860) gelezen in klas 5. (Verplicht)



De schilderijen zijn typische werken van de romantieke kunst omdat er een koppel (liefde) en een vrouw met een paraplu (emotie) in een park is afgebeeld (natuur) of een vrouw met een paraplu (emotie) daarnaast wijzen de kleuren in het schilderij op decadentie; een subjectieve gevoelswereld (door de kleuren) in een objectieve wereld (het park) en op de creativiteit wat een tegenstelling vormden op de nabootsing welke in de Verlichting veel voorkwam.



De schilderijen hebben typerende aspecten van het impressionisme namelijk de beleving van het moment vaak in het luxe leven en de buitenlucht daarnaast de aandacht voor de lichteffecten en de schetsachtige werkwijze.






Het realisme staat bekend om haar alledaagse gebeurtenissen waaronder vaak de hardwerkende en zwetende arbeiders, voor het eerst werd de realistische werkelijkheid weergegeven.

donderdag 5 mei 2016

De engelenmaker door S. Brijs (2005) gelezen in klas 5. (Niveau 5)


DE ENGELENMAKER S. BRIJS (2005)


De Engelenmaker geschreven door Stefan Brijs.
Uitgegeven in 2005 door Atlas Contact Uitgeverij, bevat 428 pagina’s.
Het boek is een psychologische roman.

Op 13 oktober 1984 keert na een afwezigheid van bijna twintig jaar Doktor Victor Hoppe terug naar zijn geboortedorp Wolfheim, vlak bij het drielandenpunt in de buurt van Vaals en Aken. De bekrompen dorpelingen reageren argwanend op zijn komst, zeker als blijkt dat hij drie kinderen van een paar weken oud bij zich heeft: een identieke drieling met een schrikwekkende afwijking. Na enkele bijzondere genezingen wordt de dokter toch aanvaard in het dorp en gestaag groeit zijn populariteit. Zijn kinderen zijn echter zelden te zien en dat voedt de geruchten. Langzaam groeit het besef dat ze alle drie ernstig ziek zijn. Maar er blijkt meer aan de hand, niet alleen met de kinderen, ook met de dokter zelf die, gegijzeld door zijn verleden, een beslissing neemt die hem onsterfelijkheid moet bezorgen. De engelenmaker is een roman vol geruchten en rumoer, gefluister en geroddel. Een verhaal over geloof en wetenschap, werkelijkheid en verbeelding, macht en onmacht, zin en onzin. Een roman waarin iedereen naar de waarheid op zoek is en uiteindelijk alleen zijn eigen waarheid vindt en gelooft. (Flaptekst)


Ik ben het boek gaan lezen, omdat ik van meerdere vrienden had gehoord dat het een goed boek was. Naar mijn mening zeker niet onterecht, ook ik zal het zeker aan vrienden aanraden!

Het boek zit vol spanning, je wordt aan het begin helemaal op het verkeerde pad gezet en dit blijft ook zo. Elke keer weer wordt je op een pad naar een verklaring gezet, door de schrijver. Maar elke keer lijk je weer totaal op het verkeerde pad te zitten. De wending blijft dan ook totaal onverwacht. In het boek word een flashback gebruikt waardoor je het verhaal steeds meer gaat begrijpen. Er zit een bepaalde verdieping (Victor Hoppe’s jeugd) in het verhaal waardoor je steeds meer gaat snappen. Door de onwetendheid die in het boek blijft hangen blijft het boek ook zeer spannend.

Het boek gaat om de strijd tussen Goed en Kwaad waarbij ook het geloof wordt betrokken door middel van Victor’s godswaanzin. Het geloof is in het boek een belangrijk uitgangspunt, het geeft het verhaal vorm zo is Victor Hoppe geobsedeerd in nieuw leven creëren omdat hij vindt dat god het kwaad zelf is omdat god levens neemt.

Victor Hoppe heeft als kind een tijd in een internaat voor debielen gezeten omdat hij door zijn moeder verstoten werd na zijn geboorte, vanwege zijn hazenlip. Hij heeft Asperger (een vorm van autisme), en is door allerlei gebeurtenissen in zijn leven geobsedeerd geraakt met het creeëren van leven, omdat God in zijn ogen slecht is. Doordat hij asperger heeft, kan hij vrijwel geen emoties tonen. Hij lijkt dan ook gevoelloos te zijn ten opzichte van 'zijn' kinderen (die hij gekloond heeft in een draagmoeder), en laat ze zonder er naar om te kijken sterven. Op het eind van het boek pleegt hij zelfmoord door zichzelf te kruisigen.

Charlotte Maenhout - Charlotte is een gepensioneerd onderwijzeres, die de nanny wordt van de drieling van Victor. Ze bekommert zich erg om de drie, en vindt het gedrag van hun vader nogal eens merkwaardig. Als je steeds meer met hem in discussie gaat daarover, valt ze een keer van de trap, omdat hij een dreigende stap in haar richting zet, waardoor ze omkomt.
Zuster Marthe - Toen de jonge Victor in het gesticht zat, ontfermde deze zuster zich over hem, die er al gauw achter kwam dat hij niet debiel was.
Rex Cremer - Rex begeleidt Victor vanuit de universiteit met zijn kloon-experimenten. Als Victor duidelijk te ver gaat grijpt hij niet in. Daarom voelt hij zich later schuldig. Hij komt om door een auto-ongeluk aan het eind van het boek.

Er is sprake van een impliciet auctoriale verteller. De lezer kan daardoor in alle personages meeleven aangezien hij de gedachten van allen weet.

In het boek is er vaak sprake van een data vermelding. Er is een deel dat zich plaats rond 1984 en een deel dat zich afspeelt in Victor’s jeugd rond 1950. Het verhaal speelt zich vooral af in een Duitstalig Belgisch dorpje Wolfheim, dichtbij het drielandenpunt.

De Engelenmaker is een geweldige psychologische roman, hoewel het een bepaalde dikte heeft kom je er snel doorheen omdat het spannend blijft. Het is een échte ‘Pageturner’. Hoewel het boek spannend is en de onwetendheid van de schrijver blijft vasthouden is het boek duidelijk en niet té moeilijk.

Reize door het Aapenland door G. Paape (1788) gelezen in klas 5. (Verplicht)

REIZE DOOR HET AAPENLAND DOOR G. PAAPE (1788)

HET LAND VAN FIA

Een vliegtuig voor mij een life-changing uitvinding, aan het vliegtuig dank ik als internationaal cultuur onderzoeker mijn werk. Het vliegtuig heeft gezorgd voor een verbreding van kennis en wijsheid. Nederland daarentegen is alleen maar achteruitgegaan door uitvindingen, neem bijvoorbeeld de telefoon of televisie, wanneer zijn we nog in gesprek met iemand face-to-face of wanneer spelen we nog buiten. Ik herinner me nog dat ik vroeger elke zondag middag met mijn vriendin naar het park ging om vlinders te spotten en toen ik een vlinderboek voor mijn verjaardag kreeg, opgewonden naar mijn vriendin ben gerend en niemand ons de volgende vijf uur gezien heeft. Aangezien wij verzonken waren in het fantastische vlinderboek. Dat zou ik nooit inruilen tegen een telefoon. Wat is er gebeurd met Nederland, waar is de zogenaamde solidariteit? De gemeenschappelijke belangen of bezigheden en de belangen om voor elkaar te zorgen, allen verdreven door die verschrikkelijke telefoons en televisies.

Ik kijk op het scherm voor mij, India is nog zo’n 12000 km waarover we nog zo’n 6 uur gaan vliegen op een hoogte van 2,6 km. De meter van de hoogte schommelt tussen zo’n 2,5 tot 3 km hoogte, mijn ogen op het scherm houdend probeer ik te slapen. Dan schrik ik wakker, het lijkt alsof mijn hoofd volgepompt wordt met lucht mijn oog valt op de hoogte meter, die ik zie zakken naar 2 km, 1,5 km; het lampje waarschuwt dat de gordels om moeten, 1 km; ik hoor steeds meer mensen schreeuwen, op 800 meter hoor ik een vrouwelijke stem praten ‘Get as soon as possible at the emergency slides, please hurry to the emergency doors, take kids by hand, please try to stay calm. Helaas, is alleen aan haar stem al te horen dat het niet goed gaat, het geschreeuw en gehuil van mensen wordt erger. Ik pak kinderen van vrouwen aan en geef ze door naar de deur bij de glijbanen. Uiteindelijk ben ik aan de beurt, ik trek aan het touwtje van mijn reddingsvest. het blaast zich op en dan spring ik.

Dan word ik wakker door een krijsende meeuw, waarvan mijn oren tuiten. Alsof het wil zeggen ‘Gaat het goed?’ of ‘Ga weg, ga weg’ of zelfs ‘Ja, je leeft nog!’. Tegelijkertijd kijk ik om me heen en ondervind ik dat ik hier alleen ben op het eiland. Voor me zie ik een uitgestrekte blauwe zee, ik probeer het vliegtuig te zien. Maar na ongeveer vijf minuten heb ik alles afgezocht en niks gezien. De meeuw loopt me voorbij, nog harder krijsend. Ik volg het en het loodst me naar een rots, ik sta versteld als ik een zonnestraal in de grot zie vallen. Ik ren voorbij de, eindelijk stilgevallen meeuw. Ik pers me door de scheur waardoor de zonnestraal heen viel. Mijn adem stokte, een trilling liep over mijn lijf en mijn ogen fronste uit zichzelf. Daar stond ik, op een rots uitkijkend over een ‘paradijs’, een paradijs heeft meerdere betekenissen en geen van die betekenissen voldoet aan dit paradijs. De zon staat recht voor me, ik zie een tiental watervallen waaromheen zich regenbogen vormen. Alle architectonische hotels, natuurparken of andere gebouwen vallen hierbij in het niets. Ik veronderstel me dat ik hier mensen zal moeten vinden om ooit terug te keren, al vraag ik me af ‘Wil ik nog wel terug, naar het lelijke en ongezellige Nederland.’ Op mijn reis door het paradijs van Fia, ondervind ik de meest verbazende verschijnselen. Deze verschijnselen heb ik in wetten opgemaakt, welke ik zal noemen de wetten van Fia.

§  De eerste wet van Fia; Kleine dieren zijn groot en grote dieren zijn klein. (Uitzondering! de dieren die een gemiddelde grote hebben, neem de meeuw blijven hun eigen grootte)
Meerdere fantastische vlinders ben ik tegengekomen. Niet te missen voor het menselijk oog, zwevend in groepen een vliegend kleurenfestival! Alle vlinders hebben een geschatte lengte van tachtig centimeter!. Verderop kwam ik een olifant tegen, een olifantje moet ik eigenlijk zeggen. De grootte was vergelijkbaar met de grootte van een kat.

Mijn vlinder aantekeningen.
Phoebis Philea, geel met oranje gekleurd. In Fia 60 cm lang. Het mooiste geel wat ik ooit heb gezien!
Hamadryas Laodamia, zwart met blauw gekleurd. In Fia wel 1 meter lang! (ÉÉN METER!!!)
Cethosia Pentheseliea, alle kleuren bij elkaar. In Fia 50 cm lang.
Philaethria Dido, groen met bruin gekleurd. In Fia 80 cm lang. Een werkelijk beeldschoon dametje!

§  De tweede wet van Fia; Dieren zijn vegetarisch, ze eten niet anders dan wat aan bomen groeit of bomen zelf.
Hier kwam ik al snel achter nadat de meeuw me al zo’n vier uur achtervolgde, dat hij bladeren en stokjes in zijn vacht meenam en zo zag ik hem daar later aan knabbelen.

§  De derde wet van Fia; Dieren zijn solidaritair, ook kruisingen van verschillende dieren.
Zo kwam ik net een reuze bij tegen en liet hij twee bananen vallen, voor mij en mijn vergezellende vriend de meeuw. Dat deze dieren solidaritair zijn vind ik fantastisch. Dat ze alleen vruchten van bomen eten en die dan ook nog eens delen! Wat ik net zag, zullen jullie nooit geloven. Ik zat bij een van de mooie watervallen, waaromheen zich die fantastische regenbogen vormen alsof de waterval een ketting omheeft. Een frisse duik genomen met de mij nog steeds vergezellende meeuw zag ik een vlinder en kikker samen aan de waterkant spelen, tikkertje nog wel. De kikker gebruikte zijn tong om de vlinder aan te raken, die mega tong aangezien de kikker zo’n 4 maal groter is dan in Nederland. Verderop zie ik een aap en een koalabeer samen aan takken rondslingeren. De solidariteit die zich in Nederland heeft weggespoeld, is hier onder de dieren volop merkbaar. Neem de reuze bij die ons net eten kwam brengen en de dieren die elkaar niet opeten maar elkaar eten verzorgen.

§  De vierde wet van Fia; Geen wind

Hoewel Fia, waar ik nu ben een eiland is. Heb ik nog geen wind gezien, geen bewegende blaadjes of fris windje. De temperatuur is hier rond de 28 graden. Hoewel ik nog geen regen heb gehad, is het hier groen van de bossen en mooiste planten. Er zal dus zeker weleens regen vallen, niet zoveel als in Nederland maar natuurlijk wel precies genoeg om alles zo mooi groen te krijgen.

maandag 2 mei 2016

Mariken van Nieumeghen (1518) gelezen in klas 5. (Verplicht)


MARIKEN VAN NIEUMEGHEN (1518)

Het waar gebeurde en wonderbaarlijke verhaal van Marieke uit Nijmegen, vriendin van een loverboy en uiteindelijk slachtoffer.

Op een dag liep Marieke in de stad, zuchtend opzoek naar een cadeau voor oom Gijsbrecht. Als de zon al onder is en Marieke na eindeloos zoeken iets leuks heeft gevonden, gaat ze opgelucht op weg naar haar vriendin; Luna met wie ze de avond en nacht zou doorbrengen. Na een snelle maaltijd vliegen de meiden naar boven en na twee uur komen ze opgetut beneden in hun glimmende jurkjes en hoge hakken. De vriend van Luna komt ze ophalen en samen met hem komt Mike mee. Marieke stapt in de auto en gaat naast hem zitten, ‘Wauw écht een knappe gozer!’ fluistert ze nog net in Luna’s oor, terwijl Luna instapt en naast haar vriend op de bijrijdersstoel gaat zitten. Mike fluit als Marieke naast hem gaat zitten ‘Ach, hou op ik moet bijna blozen’ fluistert Marieke tegen hem. Eenmaal aangekomen bij de club doet Mike de deur van de auto open, Marieke stapt uit en trekt net op tijd nog even haar (misschien wel iets te korte) jurkje naar beneden ‘Dankjewel zegt ze blozend’.

Roddelend over de knappe Mike lopen de dames de club in, de jongens praten even met de uitsmijters en volgen dan de dames. Marieke vertelde Luna over de prachtige bruin golvende haren, de mooie groenblauwe ogen en het brede lichaam van Mike,  Marieke kon Mike’s ogen die haar volgden van de bar naar de dansvloer voelen branden op haar rug. Als hij niet keek, draaide ze haar hoofd zo dat ze een blik kon vangen van zijn lichaam, zijn oh zo gespierde lichaam en als Mike dan met zijn blauwgroene ogen oogcontact maakte, kreeg Marieke zo’n heftig draaiend gevoel in haar buik van de zenuwen.

Marieke is zestien jaar oud als ze haar eerste vriend Mike krijgt, een verzonnen relatie, zo blijkt later. Hij gaf haar het gevoel dat ze speciaal was, nam haar mee naar zijn vrienden en op een gegeven moment was het dan zover. Mike nam haar mee uiteten, ze hadden gelachen en gezoend en na een heerlijke avond vroeg Mike of Marieke bleef slapen, hij verlangde zo naar Marieke en Marieke naar hem. Marieke appte oom Gijsbrecht dat ze bleef slapen bij haar vriendin Luna. Het was een spannende, romantische nacht en Mike en Marieke hadden geen oog dichtgedaan. Maar de ochtend daarna ging het mis.

Mike vroeg Mariken een paar dagen mee weg te gaan, Marieke twijfelde, maar Mike moest wel echt van haar houden ‘dacht ze’, hoe kon hij haar anders zo’n leuke avond bezorgen en al die cadeautjes, lieve opmerkingen en ze had zelfs een van de mooiste ringen gekregen? Dus na veel wikken en wegen stemde ze in en na een paar dagen was het dan zover ze gingen op reis, samen. Marieke had er een draaierig gevoel bij van de zenuwen. Ze reden een heel eind met de auto, in Antwerpen had Mike een romantische kamer geboekt en ze zouden het fantastisch krijgen samen dat dacht Marieke tenminste.


Het gebouw was hoog en met grote ramen, er zat een vrouw achter de balie. Mike noemde zijn achternaam en zo kreeg Mike de sleutel. De sleutel waar de hel begon, Marieke stapte een rood verlichte ruimte in, gevuld met massagestoelen allemaal afgescheiden van elkaar met grauwe gordijnen. Marieke kneep angstig in Mike’s hand maar tot haar schrik siste hij ‘Je masseert ze en laat ze genieten van je’, terwijl hij dreigend in haar arm kneep. Een scheut van pijn, angst en paniek vloog door Marieke’s lichaam….